Faillissement (aanvangs) verslag Innoconcepts.

Alleen voor leden beschikbaar, wordt daarom gratis lid!

26/02/2011 19:18
(AANVANGS)VERSLAG NR. 1
in de faillissementen van:
1 InnoConcepts N.V. (10/944F),
Faillissementsdatum 23 december 2010;
2 InnoEssentials Internationaal B.V. (Fll/47)
Faillissementsdatum 25 januari 2011;
3 InnoSpecial Products B.V. (Fll/48)
Faillissementsdatum 25 januari 2011;
4 I-Pac Technologies N.V. (Fll/49)
Faillissementsdatum 25 januari 2011;
5 Inno Cleaning Concept Holding B.V. (Fll/46)
Faillissementsdatum 25 januari 2011;
6 I-Pac Manufacturing Services B.V. (Fll/S0)
Faillissementsdatum 25 januari 2011;
7 HTP Tooling B.V. (Fll/8)
Faillissementsdatum 5 januari 2011;
Verslagdatum
Rechter-Commissaris
Curator
: 24 februari 2011
: mr. M.G.A. Poelman
: mr. A.A.M. Deterink

DEELA
A.i Inleiding
Dit is het eerste openbare verslag in het faillissement van InnoConcepts N.V. en een aantal van haar inmiddels gefailleerde Nederlandse groepsmaatschappijen. Gelet op de samenhang tussen de verschillende faillissementen is ervoor gekozen om in alle faillissementen één gezamenlijk
openbaar verslag uit te brengen. Omdat naar de voorlopige inschatting van de curator de rechten en verplichtingen per groepsvennootschap wel (redelijk) te scheiden zijn, zal echter geen geconsolideerde, maar een separate afwikkeling van de verschillende faillissementen dienen plaats te vinden. Om die reden worden hierna in deel B de belangrijkste gegevens per vennootschap
afzonderlijk vermeld. Waar in dit stadium alleen de boedel van HTPTooling actief bevat, zal alleen in dit faillissement separaat een financieel verslag aan dit Aanvangsverslag worden gehecht.
In deel A zal een overzicht worden gegeven van de belangrijkste gebeurtenissen en transacties in de periode van 16 december 2010 (datum surseance verlening InnoConcepts N.V.) tot en met 23 februari 2011.
Dit verslag dient ter verschaffing van informatie aan crediteuren en andere belanghebbenden op de voet van artikel 73a Fw. Aan dit verslag kunnen geen rechten worden ontleend.

A.2 InnoConcepts
InnoConcepts is een onderneming met een beursnotering aan de NYSE Euronext Amsterdam sedert 24 april 1998. Zij is een financiële houdstermaatschappij van een groep van vennootschappen, die zich bezighoudt met het ontwikkelen en exploiteren van technieken voor het vervaardigen van mallen en matrijzen voor industriële toepassingen en van de daartoe benodigde IE-rechten (z.g. ECIM-technologie). Als bijlage 1 wordt aan dit verslag gehecht een organogram van de groep, waarvan InnoConcepts aan het hoofd staat.
InnoConcepts heeft 403-verklaringen afgegeven voor een aantal van haar 100% deelnemingen, waaronder I-Pee Techonologies N.V. Deze vennootschap is een tussenhoudster voor een aantal deelnemingen die voor hun financiering niet direct van InnoConcepts afhankelijk waren, maar die hun bestaansrecht wel mede ontlenen aan gebruiksrechten van licenties, die hen door I-Pac Technologies N.V., zelf hoofdlicentienemer, in sublicentie zijn verstrekt. I-Pac Technologies N.V. heeft op haar beurt een licentieovereenkomst gesloten met ECIM Technologies B.V., welke vennootschap opgenomen is in de betreffende patenten. Ook dochtermaatschap I-Pac Patents B.V. heeft een licentieovereenkomst met ECIM- Technologies B.V. gesloten.
I-Pac Technologies N.V. op haar beurt heeft 403-verklaringen afgegeven voor diverse van haar deelnemingen, die weliswaar in 2007 zijn ingetrokken, maar waaronder nog doorlopende aansprakelijkheid bestaat uit hoofde van vóór die intrekking aangegane verbintenissen.
3
A.3 Aanleiding surseance
Directe aanleiding tot het aanvragen van surseance vormde het gegeven, dat ING als huisbankier van InnoConcepts ultimo 2010 niet bereid bleek de vrijwel geheel volgetrokken kredietfaciliteit (ca . € 45 mln.) te verruimen om aan de bestaande behoefte aan extra werkkapitaal tegemoet te komen. InnoConcepts slaagde er. niet in andere financiers te vinden, die tot financiële ondersteuning bereid waren, zulks met name gezien de onzekere financiële toestand van de onderneming. Het gebrek aan vertrouwen dat investeerders en afnemers in de onderneming hadden op grond van de onzekere financiële situatie, stond in de periode vóór de surseanceverlening in de weg aan de ontwikkeling van innovatieve producten en het verkopen van gerealiseerde innovatieve technieken.
Dochters I-Pac Patents en I-Pac Technologies beschikken al of niet in licentie over een aantal gepatenteerde technologieën (de zogenaamde spuitgiettechnologie) op het terrein van kunststofverpakkingen. In de afgelopen jaren werden door I-Pac Technologies met betrekking tot de IM-technologie (Injection Moulding) sublicenties verstrekt aan Waddington North America Inc.
(WNA) en aan Hoogeman Holding, in beide gevallen met als tegenprestatie de verkrijging door 1Pac Technologies van aandelen in WNA (20%) en Hoogeman Holding (35%). WNA is producent van zogenaamde plastic disposables ten behoeve van de catering market. Hoogeman is producent van kunststof verpakkingen op het gebied van consumer electronics packag ing .
In september 2009 veranderde de onderneming haar strategie. Niet langer lag de focus op het verstrekken van (sub)licenties aan derden tegen verkrijging van aandelen. Dit leverde hoegenaamd geen cash op, waardoor de groep te kampen kreeg met een negatieve kasstroom.
Teneinde de kasstroom te verbeteren kwam de focus te liggen op het produceren (via HTPTooling) en verkopen van matrijzen, waarbij de verkrijger het recht verkreeg met behulp van de matrijzen de IM-technologie aan te wenden tegen betaling van een licentie fee en/of voortdurende royalty's per matrijs.
In december 2009 werd onder begeleiding van ING nog voor een bedrag ad. € 27,2 mln. aan nieuwe aandelen uitgegeven. De uitgifte werd gevolgd door een zogenaamde private placement van gewone aandelen ten belope van € 4 mln. bij Niraj Mehra, de CEO van InnoConcepts. De uitgifte van in totaal € 31,2 mln. aan nieuwe aandelen was met name nodig om te voorkomen dat InnoConcepts wederom in default zou geraken met betrekking tot met ING gesloten facilities agreement. InnoConcept zou, zonder de uitgifte, vanaf 1 januari 2010 geconfronteerd worden met een aanzienlijk tekort aan werkkapitaal. Van het nieuw verkregen kapitaal werd € 10 mln. aangewend voor terugbetaling van een door ING in het kader van de ongedaanmaking van z.q, "events of default" op 21 augustus 2009 verstrekte bridge loan. Na aftrek van ± € 3 mln. aan
kosten, zou € 18 mln. resteren voor met name verbetering van het werkkapitaal. Nagegaan zal worden hoe en op welke wijze dit bedrag vervolgens werd aangewend. Het boekjaar 2009 werd afgesloten met een netto verlies van € 54,9 mln. In 2008 bedroeg het netto verlies € 22,1 mln. De conceptcijfers 2010 tonen een nettoverlies van € 21,6 mln exclusief impairments ten belope van
4
circa € 53 mln. Daarmede bedroeg het netto verlies over de laatste drie jaar in totaal circa € 150 mln inclusief de in 2010 noodzakelijke impairments.
Het jaar 2010 was voor InnoConcepts een rampjaar.
In april 2010 ging de 45% deelneming Chang Meng (een joint venture met de Chinese partner Chang Meng Plastic Production) failliet, met gevolg dat InnoConcepts een impairment moest doorvoeren ten belope van € 33.8 mln.
Medio 2010 kwam de Britse deelneming Proventec (36,2%) in ernstige financiële problemen.
InnoConcepts had haar deelneming Inno Cleaning Concept (reinigingstechnologie) in juli 2005 verkocht aan Proventec en verwierf als gevolg hiervan haar 36,2% belang in Proventec.
InnoConcepts had zich in 2006 garant gesteld voor de terugbetaling van 15 mln Britse Pond aan de houders van Proventec's converteerbare obligaties. Tevens werd aan Proventec een lening verstrekt van € 5 mln. De deconfiture van Proventec leidde voor InnoConcepts tot een verlies van circa € 20 mln.
In de loop van 2010 kwamen via uitgevoerd extern onderzoek onregelmatigheden aan het licht, welke zich zouden hebben voltrokken vóór 2009 onder verantwoordelijkheid van het voormalige bestuur van de vennootschap en buiten medeweten van het huidige bestuur en de commissarissen. Verwezen wordt naar het hoofdstuk Rechtmatigheid van dit verslag. Als gevolg van de tegenvallende resultaten en de gevolgen van de hiervoor geschetste onregelmatigheden was het eigen vermogen van InnoConcepts sterk teruggelopen en bedroeg uiteindelijk nog slechts
-/- € 9,8 mln. De beurskoers van InnoConcepts kende in 2010 een hoogste niveau van € 0,96 tegen een slotkoers per 15 december 2010 van € 0,15. Vanaf 1 november 2010 werd InnoConcepts vanwege het ontstaan van een negatief eigen vermogen geplaatst op het strafbankje (aandelen met een noteringsmaatregel) van NYSE Euronext Amsterdam.
De totale schuldenlast van InnoConcepts bedroeg per faillissementsdatum circa € 60 mln.
A.4 Desinvestering activiteiten divisies HTP Tooling, Formy Tachov en I-Pac
Technologies

A.4.1 HTP Toolina
HTPTooling werd op 5 januari 2011 verklaard in staat van faillissement.
Op of omstreeks 13 januari 2011 werden alle activa en de activiteiten van HTPTooling na een daartoe gehouden controlled auction met toestemming van de Rechter Commissaris en pandhouder ING verkocht aan Vado voor de totale somma van € 1.877.937,60. Vado kocht uit de
boedel:
- De machines, inventaris en bedrijfsmiddelen (koopprijs € 1.475.000,--);
- Voorraden (koopprijs € 30.000,--);
- De debiteuren (koopprijs € 297.937,60);
- Goodwill e.d. (koopprijs € 75.000,--);
5
Vado heeft aan 31 werknemers een dienstverband aangeboden. HTPTooling had het bedrijfspand te Son gehuurd van Andante Vastgoed. Vado heeft de huur met ingang van 14 januari 2011 overgenomen.
Van de koopsom zal, nadat de rechtsgeldigheid van het pandrecht zal zijn komen vast te staan, de koopprijs van de voorraden en de debiteuren, ná aftrek van de boedel bijdrage, toekomen aan de ING.
De koopsom van de goodwill komt toe aan de boedel. De koopsom van de machines en inventaris komt, ná omslag van de algemene faillissementskosten, op grond van het z.g . bodemvoorrecht, toe aan de fiscus, voorzover de fiscus niet uit het vrij beschikbare boedelvermogen kan worden voldaan.
Ondanks het feit dat Vado de huur met ingang van 14 januari 2011 van HTPTooling heeft overgenomen, heeft de verhuurder de huur over het eerste kwartaal 2011 verhaald op en geïncasseerd ten laste van de door HTPTooling aan de verhuurder verstrekte bankgarantie. De verhuurder is ondanks sommatie weigerachtig gebleken de ten onrechte geïncasseerde huur aan de boedel terug te betalen.
Met toestemming van de Rechter Commissaris heeft de curator vervolgens beslag gelegd op de door Vado aan de verhuurder te betalen huurpenningen. De verhuurder zal worden gedagvaard voor de Rechtbank te 's-Hertogenbosch.

A.4.2I-pae
De faillissementen van de overige vennootschappen dateren van 25 januari 2011. De curator ziet zich bij de verkoop van de activiteiten en activa van de I-Pac vennootschappen (mallen, matrijzen, machines, patenten en licentierechten) geconfronteerd met een grote mate van complexiteit met betrekking tot de (Iicentie-)rechten op de Ecim-technologie. Het eigendom van de patenten in kwestie wordt geclaimd door ECIM Technologies B.V., een vennootschap (gedeeltelijk) toebehorend indirect aan de erven van de heer Hoogland, de geestelijk vader van het patent, welke vennootschap in het verleden licentiecontracten heeft gesloten met I-Pac Technologies B.V.
en I-Pac Patents B.V. Binnen het bestuur van het niet tot het InnoConcepts concern behorende ECIM Technologies B.V. bestaat verschil van mening over het beleid met betrekking tot de patenten en de verstrekte licentierechten, met gevolg dat de pandhouder (ING) en de curator er tot op heden niet in geslaagd zijn de hiervoor bedoelde activa te verkopen.
Voorts zijn met betrekking tot een groot aantal machines en matrijzen in het verleden leasecontracten gesloten met diverse leasemaatschappijen, waarbij tot op heden de juridische status in onvoldoende mate kon worden vastgesteld. De curator hoopt in de komende periode tot verkoop van de mallen, matrijzen, machines en rechten te kunnen geraken. Voorts voert de curator onderhandelingen inzake de verkoop van de niet in staat van faillissement verkerende vennootschap I-Pac Patents B.V.

6
A.4.3 Formy Tachov
IS Development B.V. (zijnde een 80% deelneming van I-Pac Technologies N.V.) houdt 75% van de aandelen in de Tsjechische bouwer van matrijzen Formy Tachov s.r.o.
De resterende 25% wordt gehouden door SAS SchoeIIer Arca Systems ("SAS").
De curator is in gesprek met de medeaandeelhouder SAS met het oog op de verkoop van de aandelen in Formy Tachov s.r.o,

A.S Financiering ING en Rabo
De activiteiten van HTPTooling werden gefinancierd door de Rabobank Venlo. Per datum faillissement stond bij de Rabobank, met name als gevolg van ontvangen vooruitbetalingen, een creditsaldo, welk saldo, na aftrek van hetgeen de Rabobank te vorderen heeft, inmiddels is overgeboekt naar de faillissementsrekening van HTPTooling. De Rabobank Venlo had aan HTP
Tooling een rekeningcourantkrediet verstrekt ten belope van maximaal € 900.000,--.
De resterende activiteiten van InnoConcepts en haar vennootschappen werden gefinancierd door de ING Bank. De totale kredietfaciliteit bedroeg € 45.000.000,=. Per faillissementsdatum had de ING Bank circa € 44.000.000,-- te vorderen. Tot zekerheid van de door haar verstrekte
financieringen ontving ING:
garantiestelling van alle dochtervennootschappen
verpanding aandelen dochtervennootschappen
verpanding roerende zaken dochtervennootschappen
verpanding intercompany vorderingen en verzekeringspenningen
verpanding vorderingen
Verwezen wordt naar de als bijlage 2 aan dit verslag gehechte organisation chart, waarop alle verpandingen in beeld zijn gebracht.
De rechtsgeldigheid van de hiervoor genoemde verpandingen is nog onderwerp van nader onderzoek.

A.6 Rechtmatigheid
Bij eerste onderzoek van de administratie van InnoConcepts is de curator gebleken dat in het verleden, meer in het bijzonder in de periode voorafgaand aan de indiensttreding van Niraj Mehra als Chief Executive Officer (5 juni 2009) een aantal opmerkelijke transacties heeft plaatsgevonden.
Bij de curator is het vermoeden gerezen, dat een aantal ex bestuurders zich mogelijk schuldig heeft gemaakt aan onrechtmatig handelen c.q, belangenverstrengeling met als doel het onttrekken van geld aan het InnoConcepts concern ten voordele van vennootschappen buiten het InnoConcepts concern waar zij persoonlijk direct of indirect mee verbonden waren.
7
Bij de transacties in kwestie hebben onder meer en met name een drietal personen, die zichzelf aanduidden als de "Trojka", een belangrijke rol gespeeld. Alle drie personen waren hetzij bestuurder én/of aandeelhouder bij InnoConcepts, hetzij bestuurder en/of aandeelhouder en/of werkzaam bij Novem Internationaal, van waaruit InnoConcepts werd opgericht, hetzij aandeelhouder van vennootschappen buiten het InnoConcepts concern, die bij de 'verdachte' transacties betrokken waren.
Vanwege de vele functies die de betrokken bestuurders binnen de vennootschappen van het InnoConcepts concern en binnen de vennootschappen buiten het InnoConcepts concern (hierna:
"de Trojka vennootschappen'') vervulden, kon een nauwe verwevenheid en verstrengeling van zakelijke belangen ontstaan. Het vermoeden bestaat dat de Trojka-leden, als gevolg van de 'verdachte' transacties via de Trojka vennootschappen, gezamenlijk financieel voordeel hebben genoten.
De in de ogen van de curator 'verdachte' en nog nader te onderzoeken transacties betreffen onder meer op hoofdlijnen:
A.6.1 De sale en lease back yan matrijzen, waarbij Capital Goods Lease Diependael B.V.
("Diependael") gevestigd te Hilversum, steeds als leasemij optrad.
Diependael is een zelfstandige dochter van VAH Lease- en Financieringsmaatschappij.
Diependael fungeerde als broker, kocht de matrijzen en verkocht deze weer terug .
Diependael ontving de benodigde financiering telkens van ING Lease, waarmede zij - naar eigen zeggen - een raamovereenkomst had gesloten.
Het gaat in totaal om een negental leaseovereenkomsten.
Diependael zou - simpel gezegd - de productie van matrijzen door HTPTooling financieren via een zogenaamde sale and lease back constructie.
De door HTPTooling te produceren matrijzen zouden door een groepsmaatschappij binnen het InnoConcepts concern aan Diependael worden verkocht, waarna Diependael de matrijzen aan een andere groepsmaatschappij binnen het InnoConcepts concern zou verhuren voor de koopprijs vermeerderd met een leasevergoeding. Aan het einde van de leasetermijn zou deze groepsmaatschappij de matrijzen voor € 150 per contract kunnen terugkopen van Diependael.
In de praktijk werden in de periode april 2007 tot december 2008 facturen ten belope van circa € 7,6 mln. aan Diependael verzonden door de niet tot het InnoConcepts concern behorende vennootschap Tooling en Engineering Europe B.V. ("TEE"), welke vennootschap onderdeel uitmaakte van de Trojka vennootschappen. Door HTP (de producent van de matrijzen) werd aan TEE slechts gefactureerd € 3,2 mln. TEE factureerde aan Diependael vervolgens c 7,6 mln. De matrijzen werden vervolgens van Diependael gehuurd door Twim Packaging International B.V. ("Twim''), een vennootschap niet behorend tot de groep van vennootschappen van het InnoConcepts concern, doch onderdeel uitmakend van de Trojka vennootschappen.
8
Diependael betaalde de koopsommen op instructie van de toenmalige directeur van I-Pac Technologies, onder meer aan TEE (€ 800.000), Novem (€ 3.125.000,=) en aan Twim
(€ 975.000,=). De betalingen aan deze vennootschappen buiten het InnoConcepts concern om vonden- naar het voorlopige oordeel van de curator - telkens plaats zonder enige rechtsgrond.
Aldus bestaat het vermoeden dat € 7,9 mln. buiten het InnoConcepts concern om betaald werd aan Novem, TEE en Twim (beide laatstgenoemde vennootschappen toebehorend aan dezelfde aandeelhouder).
TEE werd in juli 2009 fa illiet verklaard. De curator van TEE heeft de facturen aan Diependael niet in de administratie aangetroffen. Het vermoeden bestaat dat de facturen in kwestie bewust "buiten de boeken" zijn gehouden.
Opgemerkt zij nog, dat in enkele gevallen door TEE aan Diependael facturen zijn verzonden van matrijzen die in het geheel niet bestonden, althans niet geproduceerd waren. Voorts is het opmerkelijk te noemen dat de door HTPTooling voor een bedrag van € 3,2 mln. geproduceerde matrijzen door TEE voor € 7,6 mln. werden verkocht aan Diependael. De matrijzen zijn derhalve voor € 4,4 mln. meer verkocht aan Diependael dan waarvoor deze waren geproduceerd door HTP.
De transactiewinst viel aldus ten goede aan TEE, een vennootschap direct of indirect toebehorend aan één van de leden van de Trojka. Bedenkelijk is dat van de € 3,2 mln. die door HTP aan TEE is gefactureerd € 2,9 mln . werd voldaan niet door TEE doch door I-Pac, welke vennootschap wèl behoorde tot het InnoConcepts concern. Bovendien is door I-Pac nog eens zonder rechtsgrond € 2,5 mln. betaald aan TEE en Tooling & Engineerings Services B.V. ("TES"), zijnde eveneens een vennootschap van één van de leden van de Trojka. De aldus ontstane vorderingen ad. in totaal ten belope van € 5,4 mln. zijn in de administratie van I-Pac vrijwel onmiddellijk en zonder opgave van redenen afgeboekt. Naderhand zijn zowel TEE als TES in staat van faillissement verklaard.
In totaal zijn door Diependael 9 leasecontracten gesloten, waarvan 7 met Twim en 2 met I-Pac Manufacturing. Volstrekt onduidelijk is waarom I-Pac zich jegens Diependael garant heeft gesteld voor nakoming door de niet tot het InnoConcepts concern behorende vennootschap Twim van haar leaseverplichtingen jegens Diependael ten belope van in totaal € 7,6 mln.
A.6.2 De koop en terugkoop van machines en matrijzen
In oktober 2003 werd door l-Pac Manufacturing een hoeveelheid machines en matrijzen verkocht aan Apollo Plastic Productie B.V. ("Apollo Productie") voor de koopsom van € 8 mln. (excl. BTW).
De koopsom werd voor € 5 mln. gefinancierd door Amstel Lease en werd voor € 3 mln. omgezet in een achtergestelde lening van I -Pac Manufacturing aan Apollo Productie.
In 2007 kocht I-Pac de machines terug voor € 3,4 mln terwijl tegelijkertijd een hoeveelheid nieuwe machines van Apollo Productie werd gekocht voor € 4,8 mln.
In totaal moest I-Pac aldus betalen € 8,2 mln., waarvan € 5,8 mln. werd betaald in cash en het restant via verrekening en overname leasecontracten.
9
Het vermoeden bestaat dat de machines op één na, nimmer geleverd zijn, ondanks dat hiervoor wel is betaald. De wel geleverde machine staat sinds de levering ongebruikt in een loods van 1Pac.
De wel geleverde machine werd door Apollo Productie aan I-Pac geleverd voor € 1,3 mln. exclusief BTW, terwijl de machine via een vennootschap van één van de leden van de Trojka in China was aangekocht voor omgerekend slechts € 120.000,=. De zeer hoge koopprijs werd voldaan door 1Pac aan Apollo Productie, een vennootschap waar, naar verluidt, leden van de Trojka nauw bij betrokken waren. Apollo Productie behoort niet tot het InnoConcepts concern.
Op 29 januari 2009 betaalde I-Pac zonder enige rechtsgrond € 600.000,- aan het in financiële problemen verkerende Apollo Productie.
Op 25 september 2009 werd Apollo Productie failliet verklaard.
Op grond van bovenstaande constateringen is het vermoeden gerezen, dat vele miljoenen euro's van InnoConcepts en I-Pac naar de vennootschappen van de Trojka zijn gesluisd met als enig doel het oplossen van acute liquiditeitsproblemen van de vennootschappen van de leden van de Trojka, waaronder met name Novem, TEE, TES,Twim en Apollo Productie. De laatste vier
vennootschappen zijn desondanks in een later stad ium gefailleerd. Alle vier de vennootschappen behoorden niet tot het InnoConcepts concern doch waren - zoals gezegd - nauw verbonden met de drie leden van de Trojka.
De geldstroom van deze overboekingen verliep in de regel van InnoConcepts en l-Pac naar Novem en de vennootschappen van de leden van de Trojka.
Deze boekingen zijn verborgen gehouden voor de aandeelhouders en mogelijk ook voor de concernleiding van InnoConcepts en I-Pac. Het vermoeden bestaat, dat, teneinde de onverschuldigde betalingen niet op te laten vallen, deze betalingen veelal werden opgevolgd of voorafgegaan door ac hoc valselijk opgemaakte en soms geantedateerde facturen.
Het vermoeden bestaat dat deze facturen te pas en te onpas werden opgesteld en steeds met het doel, geld van InnoConcepts en/of haar dochtervennootschappen door te sluizen naar vennootschappen van de leden van de Trojka.
Opmerkelijk genoeg spreken de leden van de Trojka in hun emailcorrespondentie zelve ook over uit te voeren kasrondjes.
De werkwijze van de leden van de Trojka wordt treffend verwoord door één van hen in een email d.d . 26 augustus 2007 aan de beide andere personen. In deze email wordt de alarmbel geluid:
"Onomkeerbaar feit is dat we in 8 jaar inmiddels meer dan (ik ben gestopt met tel/en) E100 Mio verbrand hebben zonder enig noemenswaardig resultaat en zonder enige structurele inkomsten".
"Onze hele business, managementstijl en focus is naar haar aard ongeschikt voor een stabiele onderneming en dus zeker ongeschikt voor een beursfonds",
10
"Als ik stop met het te woord staan van onze beleggers, banken en accountants raken ze acuut in paniek en stort alles in . Als ik ze echter maar een glimp van de waarheid vertel, gebeurt hetzelfde.
Het enige wat dus kan, is ze te woord staan met leugens en onzin".
"Ik geloof eenvoudigweg de verhalen niet meer over de grote succesmogelijkheden van de technologie, China en (licentie)deals. Sterker nog, ik irriteer me eraan omdat de realiteit is dat ik elke dag geconfronteerd word met het feit dat we in ruim 8 jaar tijd nooit een stuiver cashflow hebben verdiend en overal altijd alleen maar geld te kort is. Het funding monster Inno (E400Mio aandelen plus schulden) dat we ondertussen noodzakelijkerwijs moesten creëren, is zo groot dat een paar succesjes in China of Europa, hoe relevant ook, alleen nog maar een "druppel op een gloeiende plaat" kunnen zijn".
"Wat ik ook niet meer kan is dag in dag uit onzekerheid accepteren omdat alles op elk moment kan instorten".
Tot zover enkele citaten uit de email d.d . 26 augustus 2007 . Het heeft uiteindelijk nog tot 23 december 2010 geduurd voordat InnoConcepts werd verklaard in staat van faillissement.

A.&.3 Vermoeden van onrechtmatig handelen
Het vermoeden bestaat dat de drie leden van de Trojka zich hebben schuldig gemaakt aan onder meer belangenverstrengeling en het opstellen van gefingeerde facturen (valsheid in geschrifte) met gevolg dat de tot het InnoConcepts concern behorende vennootschappen in ernstige mate kunnen zijn benadeeld en daar tegenover de vennootschappen van de leden van Trojka zonder enige rechtsgrond onrechtmatig zijn bevoordeeld en verrijkt. InnoConcepts heeft op 17 oktober 2010 het Functioneel Parket van het Openbaar Ministerie verzocht om een strafrechtelijk onderzoek te initiëren.
Voorzover de curator bekend, heeft het Openbaar Ministerie nog geen besluit genomen aangaande het gevraagde onderzoek.
De curator zal - indien en zodra voldoende funding voor de te maken kosten is verkregen diepgaand onderzoek instellen naar onder meer de hiervoor genoemde transacties en andere hier niet nader genoemde transacties in het verleden, naar de omstandigheden waaronder de aandelenuitgifte eind 2009 heeft plaatsgevonden, naar de getrouwheid van de jaarrekeningen 2007, 2008 en 2009 en naar de oorzaken van het faillissement alsmede naar de vraag of sprake is geweest van wanbeleid. De curator merkt hierbij op, dat de kas van InnoConcepts per faillissementsdatum helemaal leeg was en dat hij mitsdien niet beschikt over boedelactief, om vorenbedoeld diepgaand onderzoek te financieren. De curator zal in overleg treden met de grootaandeelhouders alsmede met de huisbankier ING en de VEB om de mogelijkheden van financiering van het onderzoek nader te bespreken.
11
Tot slot zal de curator in overleg met de Rechter-Commissaris het Functioneel Parket verzoeken thans met voortvarendheid het reeds in oktober 2010 door InnoConcepts gevraagde onderzoek uit te voeren.

A.7 Overig
A.7.1 Plan van aanpak
De curator zal thans allereerst trachten, in overleg met de pandhouder, de activa van I-Pac Technologies, waaronder machines, matrijzen, aandelen I-Pac Patents etc. te verkopen
Gezien de complexiteit, samenhangend met de wijze waarop in het verleden de IE-rechten zijn geregistreerd, zal dit nog enige tijd gaan vergen.
Voorts zullen alle ingediende en nog in te dienen vorderingen na verificatie zo spoedig mogelijk worden geplaatst op lijsten van voorlopige erkende schuldvorderingen.
Tegen de verhuurder van het bedrijfspand van voorheen HTPTooling zal een procedure worden aangespannen teneinde terugbetaling van een ten onrechte geïncasseerde bankgarantie te bewerkstelligen.
Indien en zodra de financiering van de te maken kosten genoegzaam is geregeld, zal het onder
A.6.3 bedoelde onderzoek met spoed worden gestart.
A.7.2 Indiening volgend verslag
Het eerstvolgende verslag zal op of omstreeks 24 augustus 2011 worden gedeponeerd.
AAM. Deterink
Curator
Eindhoven, 24 februari 2011
12



Beperkte weergave !
Leden hebben toegang tot meer informatie! Omdat u nog geen lid bent of niet staat ingelogd, ziet u nu een beperktere pagina. Wordt daarom GRATIS Lid of login met uw wachtwoord


Copyrights © 2000 by XEA.nl all rights reserved
Niets mag zonder toestemming van de redactie worden gekopieerd, linken naar deze pagina is wel toegestaan.


Copyrights © DEBELEGGERSADVISEUR.NL