CSM laat EBITA-stijging zien in tweede kwartaal 2012

Alleen voor leden beschikbaar, wordt daarom gratis lid!

Beleggingsadvies 08/08/2012 07:03
CSM realiseerde in het tweede kwartaal van 2012 een hogere omzet en EBITA, mede dankzij valutatranslatiewinst. De EBITA exclusief eenmalige kosten kwam uit op € 41,4 miljoen, een stijging van 14% vergeleken met het tweede kwartaal van 2011. Verbetering van de marges en verlaging van de kosten blijven voor CSM belangrijke aandachtspunten. Hoewel de economische omgeving uitdagend blijft, verbeterde de ontwikkeling van het verkoopvolume gedurende het tweede kwartaal.
Hoofdpunten
• De omzet nam in het tweede kwartaal van 2012 met 8,0% toe. Bij gelijkblijvende wisselkoersen nam de omzet met 0,6% toe als gevolg van een autonome groei van -0,2% (het saldo van 2,4% lagere volumes en prijsstijgingen van 2,2%) en een acquisitie-effect van 0,8%.
• De omzet in het eerste halfjaar van 2012 nam met 6,6% toe. Bij gelijkblijvende wisselkoersen steeg de omzet met 1,5%. De autonome omzetgroei was 0,8%, het saldo van 2,9% lagere volumes en een positief prijseffect van 3,7%. Het acquisitie-effect was 0,7%.
• De EBITA exclusief eenmalige kosten bedroeg in het tweede kwartaal € 41,4 miljoen (Q2 2011: € 36,4 miljoen). Valutamutaties in het tweede kwartaal hadden een positieve impact van € 4,0 miljoen op de EBITA.
• De EBITA in het eerste halfjaar, exclusief eenmalige kosten, bedroeg € 73,7 miljoen, een daling van 8,1% vergeleken met 2011. Valutamutaties hadden een positieve impact van € 5,2 miljoen op de EBITA vergeleken met 2011.
• De nettoschuld per einde juni bedroeg € 624,9 miljoen, een toename van € 9,3 miljoen vergeleken met 31 december 2011 (30 juni 2011: € 696,6 miljoen), hetgeen zich vertaalt in een nettoschuld/EBITDA-ratio van 2,8x.
• Op 7 mei 2012 maakte CSM haar intentie bekend om de onderneming verder te ontwikkelen tot een bio-based ingredients bedrijf, met de focus op de activiteiten van Purac en Caravan Ingredients. De Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders (BAVA), die op 3 juli werd gehouden, stemde in met deze verdere ontwikkeling van de onderneming.
• CSM treft momenteel voorbereidingen benodigd in het desinvesterinsproces van de Bakery Supplies-bedrijven.

Tweede kwartaal Eerste halfjaar
2012 2011 x € miljoen 2012 2011
827,0 765,5 Netto-omzet 1.625,7 1.525,3
41,4 36,4 EBITA exclusief eenmalige kosten* 73,7 80,2
37,7 36,6 EBITA 66,7 74,5
Resultaat na belasting 31,1 29,9
WPA (in €) 0,42 0,40
5,0% 4,8% EBITA % (exclusief eenmalige kosten)** 4,5% 5,3%
ROCE in % (exclusief eenmalige kosten) 6,6% 7,3%
*) De eenmalige kosten in 2012 hebben betrekking op het herstructureringsprogramma Relevance en de desinvestering van de bakkerijactiviteiten.
De eenmalige kosten in 2011 hebben betrekking op de integratie van Best Brands en de effecten van een brand in onze fabriek in Brazilië.
**) EBITA als % van de netto-omzet.
Er is geen accountantscontrole toegepast op de cijfers in dit persbericht.

Gerard Hoetmer, CEO van CSM, gaf de volgende toelichting op de resultaten van het tweede kwartaal:
“Zoals ik aangaf in februari jongstleden, zou de vergelijking tussen het eerste halfjaar van 2012 en de eerste helft van 2011 zwaar zijn doordat zowel de stijging van de grondstofkosten als de afname van de consumentenvraag versnelde in de loop van 2011.
Ik ben er derhalve mee ingenomen dat we ondanks de aanhoudend moeilijke marktsituatie erin zijn geslaagd de EBITA van het tweede kwartaal 2011 te verbeteren. Dit is het resultaat van een combinatie van margeverbeteringen en kostenverlagingen, ondersteund door valuta-effecten.
Momenteel worden binnen onze organisatie initiatieven ontplooid om tegen de huidige markttrend in te groeien. Tot dusverre hebben onze inspanningen weliswaar geleid tot een afzwakking van de negatieve volumetrend van de voorgaande kwartalen, maar nog niet tot absolute volumegroei.
In het tweede kwartaal waren we succesvol met het volledig compenseren van gestegen grondstofkosten. Aangezien we de meeste grondstoffen voor de rest van 2012 hebben afgedekt, hebben we er alle vertrouwen in dat de hogere marge ook een gunstige uitwerking zal hebben op de resultaten van het tweede halfjaar van 2012.

(Redactie XEA.nl
In de BAVA had het management dit al gezegd, de media schreef CSM wordt geraakt door de stijging van de grondstofprijzen, maar XEA.nl schreef steeds, dat dat niet meer van toepassing was, CSM had alles ingedekt)

In de tweede helft van 2011 kondigden we Relevance aan, met als doel besparingen van € 30 miljoen in 2012, die zouden oplopen tot een totaal van € 50 miljoen in 2013. Bij de presentatie van de cijfers van het eerste kwartaal van 2012 gaven we aan dat de besparingen in 2012 de mijlpaal van € 30 miljoen zouden passeren, en ik kan thans bevestigen dat we goed op weg zijn om dit doel te realiseren. In het eerste halfjaar kwamen de besparingen uit op € 19 miljoen.
Ondanks een lagere EBITA in het eerste halfjaar van 2012 zijn we erin geslaagd onze nettoschuld/EBITDA-ratio te stabiliseren dankzij gedegen kapitaalbeheersing, zowel wat betreft het werkkapitaal als de investeringen. Met een nettoschuld/EBITDA-ratio van 2,8 blijven we ruim binnen de limiet van 3,5 die is opgenomen in de convenanten van onze kredietfaciliteiten.

Op 7 mei kondigden we een belangrijke volgende stap aan in de ontwikkeling van de onderneming:
de verdere ontwikkeling van CSM tot een bio-based ingredients bedrijf en de desinvestering van onze Bakery Supplies-bedrijven. Momenteel treffen we de noodzakelijke voorbereidingen voor dit overgangs- en desinvesteringsproces volgens een tijdschema dat we hebben vastgesteld in mei.
We verwachten nog steeds dat we belangrijke voortgang zullen hebben geboekt begin 2013.
De manier waarop onze mensen reageren op deze verandering, met een niet aflatende focus op dienstverlening aan onze klanten en stimulering van de resultaatontwikkeling, vervult me met trots.
Het is verder bemoedigend te zien dat onze bedrijven Bakery Products en Bakemark hun EBITA hebben weten te verbeteren in de afgelopen twee kwartalen. De EBITA van Bakery Supplies Europe in de eerste helft van 2012 was nog steeds lager dan in 2011, maar het gat was veel kleiner in het tweede kwartaal dan in het eerste. Het toekomstige CSM, bestaande uit Purac en Caravan Ingredients, boekte opnieuw een tevredenstellend resultaat in het licht van het huidige economische klimaat.”
Vooruitzichten tweede halfjaar 2012
• We verwachten niet dat de huidige handelsomgeving en het huidige consumentengedrag zullen verbeteren in de rest van het jaar.
• Hogere verkoopprijzen vergeleken met vorig jaar en grondstoffen die we voor de rest van het jaar grotendeels hebben afgedekt, zullen onze EBITA ondersteunen.
• Het project Relevance ligt op schema en zal in 2012 de geraamde € 30 miljoen aan besparingen overschrijden.
• Het proces van desinvestering van onze Bakery Supplies-activiteiten zal in het tweede halfjaar van 2012 een belangrijke inspanning voor de onderneming zijn. We verwachten nog steeds dat we begin 2013 significante voortgang zullen hebben gemaakt. De kosten van het desinvesteringsproces worden geboekt als eenmalige kosten in 2012.
• We verwachten een rentelast in het tweede halfjaar die in lijn is met het eerste halfjaar. De belastingdruk over heel 2012 zal naar verwachting uitkomen tussen 25% en 30%.
• We verwachten dat onze nettoschuld over heel 2012 zal dalen als gevolg van kasstroomgenerering, een gedegen beheersing van het werkkapitaal en investeringen die lager uitvallen dan de afschrijvingen.

Financiële toelichting
Belangrijke ontwikkelingen in eerste halfjaar vergeleken met 2011
Netto-omzet
De netto-omzet nam met € 100,4 miljoen (6,6%) toe tot € 1.625,7 miljoen (eerste helft 2011: € 1.525,3 miljoen).
De netto-omzet werd positief beïnvloed door wisselkoerseffecten ten bedrage van € 77,3 miljoen als gevolg van een sterkere US dollar en Brits pond sterling. De acquisitie van The Cookie Man Ltd in het VK en die van Promocook in Frankrijk hadden per saldo een positief effect van € 11,0 miljoen. De autonome omzetgroei bij constante wisselkoersen was € 12,1 miljoen (0,8%); de 2,9% lagere volumes werden ruimschoots gecompenseerd door hogere verkoopprijzen (3,7%).
Uitsplitsing van de omzetgroei in het tweede kwartaal van 2012 vergeleken met Q2 2011:
Totale groei € Valuta
Totale groei lokale valuta Acquisities Autonoom Prijs/mix Volume
BSNA 12,3% 11,5% 0,8% 0,0% 0,8% 3,1% -2,3%
BSEU 4,8% 1,8% 3,0% 2,4% 0,6% 2,6% -2,0%
Purac -0,6% 5,2% -5,8% 0,0% -5,8% -2,6% -3,2%
Uitsplitsing van de omzetgroei in het eerste halfjaar van 2012 vergeleken met HY 2011:
Totale
groei € Valuta Totale groei lokale valuta Acquisities Autonoom Prijs/mix Volume
BSNA 9,5% 8,0% 1,5% 0,0% 1,5% 4,8% -3,3%
BSEU 3,6% 1,2% 2,4% 2,1% 0,3% 3,6% -3,3%
Purac 3,1% 3,7% -0,6% 0,0% -0,6% -0,6% 0,0%
De volumedaling bij Bakery Supplies is het gevolg van de huidige marktomstandigheden. In het eerste halfjaar daalden de volumes bij onze Bakery Supplies-activiteiten met circa 3%. De daling was echter kleiner in het tweede kwartaal. Hogere prijzen, ter compensatie van de gestegen grondstofkosten, compenseerden ruimschoots de volumedaling, wat resulteerde in een positieve autonome groei.
Purac zag zich geconfronteerd met lagere volumes in het tweede kwartaal, met name in het voedingssegment. De uitdagende economie leidde tot een afname van de vraag bij onze klanten.

EBITA
De EBITA vóór eenmalige kosten in het tweede kwartaal van 2012 kwam uit op € 41,4 miljoen, een toename van € 5,0 miljoen ten opzichte van hetzelfde kwartaal vorig jaar. Bij constante wisselkoersen zou de EBITA in het tweede kwartaal zijn uitgekomen op € 37,4 miljoen. De EBITA vóór eenmalige kosten in het eerste halfjaar van 2012 bedroeg € 73,7 miljoen, een daling van € 6,5 miljoen vergeleken met de eerste helft van 2011. Bij constante wisselkoersen zou de EBITA over het eerste halfjaar zijn uitgekomen op € 68,5 miljoen.

De EBITA van Bakery Supplies North America nam in het tweede kwartaal met € 6,5 miljoen toe tot € 32,3 miljoen, waarvan € 3,1 miljoen toe te schrijven is aan de sterkere US dollar. Na een eerste kwartaal dat achterbleef bij vorig jaar, gaf het tweede kwartaal een sterk resultaat te zien als gevolg van een herstel van de marges bij met name diepvriesproducten en gebakingrediënten. De EBITA in het eerste halfjaar van 2012 kwam uit op € 55,3 miljoen, een stijging van € 3,2 miljoen vergeleken met vorig jaar.

Bakery Supplies Europe wist in het tweede kwartaal, na een teleurstellend eerste kwartaal, een resultaat te behalen dat veel dichter bij het resultaat van vorig jaar lag, als gevolg van margeherstel en strikte kostenbeheersing. De EBITA in het tweede kwartaal bedroeg € 4,6 miljoen, een daling van € 1,6 miljoen ten opzichte van vorig jaar.

De EBITA in het eerste halfjaar bedroeg € 9,4 miljoen tegenover € 18,6 miljoen in de eerste helft van 2011. De volumedaling van 3% deed zich voornamelijk voor in het ambachtelijke kanaal vanwege een lagere consumentenvraag.
De EBITA van Purac bedroeg in het tweede kwartaal € 11,0 miljoen vergeleken met € 12,2 miljoen in dezelfde periode vorig jaar. De EBITA over het eerste halfjaar kwam uit op € 21,3 miljoen tegenover € 24,9 miljoen in 2011. De lagere EBITA in het tweede kwartaal en het eerste halfjaar is toe te schrijven aan lagere verkoopvolumes en gestegen uitgaven in verband met toekomstige bedrijfsontwikkeling.

De EBITA na eenmalige kosten daalde in het eerste halfjaar van 2012 naar € 66,7 miljoen tegenover € 74,5 miljoen in 2011. De eenmalige kosten in 2012 ten bedrage van € 7,0 miljoen hebben betrekking op het herstructureringsprogramma Relevance en de desinvestering van de Bakery Supplies-activiteiten. De eenmalige kosten in 2011 ten bedrage van € 5,7 miljoen betroffen de integratie van Best Brands en de effecten van een brand in onze fabriek in Brazilië.
Het saldo van de financiële baten en lasten was € 13,0 miljoen negatief. De lagere rentelast van € 3,6 miljoen vergeleken met de eerste helft van 2011 is voornamelijk toe te schrijven aan het lagere bedrag van de lening en de rentegerelateerde valutaswaps.
De belastingdruk in het eerste halfjaar bedroeg € 10,1 miljoen of 24,5% van de winst voor belasting (2011: respectievelijk € 12,4 miljoen en 29,3%). Het lagere bedrag vergeleken met 2011 was voornamelijk het gevolg van de vrijval van een belastingvoorziening na een gunstig besluit en minder kosten in verband met het terugboeken van belastingvorderingen.

Balans
Het geïnvesteerd vermogen inclusief goodwill nam met € 44,3 miljoen toe tot € 2.284,2 miljoen vergeleken met 31 december 2011 (€ 2.239,9 miljoen). De belangrijkste mutaties waren
(x € miljoen):
• Investeringen in (im-)materiële vaste activa 43,7
• Afschrijving/amortisatie van (im-)materiële vaste activa -53,4
• Werkkapitaal 35,5
• Acquisitie Promocook en The Cookie Man Ltd 5,8
• Belastingeffecten -20,5
• Overig (voornamelijk valuta-effecten) 33,2

Het werkkapitaal steeg naar € 290,4 miljoen (31 december 2011: € 254,9 miljoen). De toename van het werkkapitaal in 2012 bedroeg € 35,5 miljoen, voor het leeuwendeel als gevolg van seizoenseffecten. Vergeleken met juni 2011, is het werkkapitaal gedaald met € 49,7 miljoen, voornamelijk als gevolg van een verbeterde crediteurenpositie.
Het eigen vermogen nam in het eerste halfjaar toe met € 27,6 miljoen tot € 975,9 miljoen. De belangrijkste mutaties waren:
• de toevoeging van de nettowinst over het eerste halfjaar van 2012 ten bedrage van € 31,1 miljoen;
• een afname van € 21,6 miljoen als gevolg van uitgekeerd dividend;
• positieve valuta-effecten in de translatie- en hedgereserve ten bedrage van € 17,8 miljoen.

Kasstroom / financiering
De kasstroom uit operationele activiteiten bedroeg € 61,5 miljoen positief. Dit is het saldo van de
operationele kasstroom vóór mutaties in het werkkapitaal van € 107,5 miljoen (2011: € 112,1 miljoen) en benodigde kasmiddelen voor werkkapitaal, belasting en rente en wijzigingen in voorzieningen. Het werkkapitaal nam toe door hogere voorraadniveaus (€ 2,6 miljoen), hogere debiteuren (€ 24,4 miljoen) en hogere crediteuren (€ 10,2 miljoen).
De gecombineerde acquisitieprijs voor The Cookie Man Ltd en Promocook was € 4,7 miljoen. De investeringen in joint ventures en associates ten bedrage van € 4,9 miljoen hebben voornamelijk betrekking op de deelname van Purac aan de Bioprocess Pilot Facility.
Bijgevolg steeg de nettoschuld met € 9,3 miljoen tot € 624,9 miljoen (eind 2011: € 615,6 miljoen).
Op jaarbasis is de netto schuldpositie 2,8 maal EBITDA (eind 2011: 2,8x). Per eind juni 2011 was dit respectievelijk € 696,6 miljoen en 2,6 maal EBITDA.

Gang van zaken divisies
Bakery Supplies – totaal
Tweede kwartaal Eerste halfjaar
2012 2011 x € miljoen 2012 2011
725,8 663,7 Netto-omzet 1.414,6 1.320,5
36,9 32,0 EBITA exclusief eenmalige kosten * 64,7 70,7
34,2 31,2 EBITA 59,1 66,1
5,1% 4,8% EBITA % (exclusief eenmalige kosten) ** 4,6% 5,4%
ROCE in % (exclusief eenmalige kosten) 6,9% 7,9%
*) De eenmalige kosten in 2012 betreffen het herstructureringsprogramma Relevance, die in 2011 hebben betrekking op de integratie van Best Brands.
**) EBITA als % van de netto-omzet.

• Bakery Supplies North America
Tweede kwartaal Eerste halfjaar
2012 2011 x US$ miljoen 2012 2011
578,2 575,3 Netto-omzet 1.126,3 1.112,4
41,6 37,0 EBITA exclusief eenmalige kosten * 71,7 73,0
41,6 35,8 EBITA 71,7 66,6
7,2% 6,4% EBITA % (exclusief eenmalige kosten) ** 6,4% 6,6%
ROCE in % (exclusief eenmalige kosten) 10,8% 10,6%
*) De eenmalige kosten in 2012 betreffen het herstructureringsprogramma Relevance, die in 2011 hebben betrekking op de integratie van Best Brands.
**) EBITA als % van de netto-omzet.
Tweede kwartaal Eerste halfjaar
2012 2011 x € miljoen 2012 2011
450,3 400,9 Netto-omzet 868,7 793,6
32,3 25,8 EBITA exclusief eenmalige kosten * 55,3 52,1
32,3 25,0 EBITA 55,3 47,5
7,2% 6,4% EBITA % (exclusief eenmalige kosten) ** 6,4% 6,6%
ROCE in % (exclusief eenmalige kosten) 10,9% 10,7%
*) De eenmalige kosten in 2012 betreffen het herstructureringsprogramma Relevance, die in 2011 hebben betrekking op de integratie van Best Brands.
**) EBITA als % van de netto-omzet.

Belangrijke ontwikkelingen in eerste halfjaar
De omzet van Bakery Supplies North America (BSNA) nam met US$ 13,9 miljoen toe tot US$ 1.126,3 miljoen in het eerste halfjaar van 2012. In euro’s steeg de omzet van BSNA met 9,5%, vooral door de sterkere US dollar. Het positieve valuta-effect op de omzet van BSNA was € 63,4 miljoen in het eerste halfjaar, waarvan € 46,3 miljoen betrekking had op het tweede kwartaal.
De autonome groei van 1,5% in het eerste halfjaar was toe te schrijven aan hogere verkoopprijzen (prijs/mix-effect 4,8%), die deels werden geneutraliseerd door lagere volumes (3,3%).
Met een 2% lager volume vergeleken met het tweede kwartaal van 2011 gaven onze Amerikaanse bedrijven een verbetering te zien ten opzichte van de trend van de afgelopen kwartalen, in lijn met de markt. De Noord-Amerikaanse markt blijft moeilijk door lagere consumentenbestedingen in combinatie met een lagere winkelfrequentie. Minder winkelbezoeken treffen onze verkopen dubbel:
minder impulsaankopen en minder aankopen van stapelproducten door minder verspilling. De prijzen lagen in het tweede kwartaal circa 3% hoger dan vorig jaar, waardoor de marges zich toereikend hebben hersteld. De prijsverhogingen op jaarbasis vlakken af en dragen in absolute zin licht bij tot verdere margeverbetering.
De EBITA bleef in het eerste halfjaar US$ 1,3 miljoen achter bij 2011 als gevolg van lagere volumes, die evenwel werden gecompenseerd door hogere marges en goede kostenbeheersing.
De US$ 4,6 miljoen hogere EBITA in het tweede kwartaal vergeleken met dezelfde periode in 2011 was voornamelijk toe te schrijven aan onze diepvriesproducten en gebakingrediënten voor het instore-kanaal.
Het werkkapitaal in de VS was US$ 24,9 miljoen lager dan per eind tweede kwartaal 2011. In het eerste halfjaar verbeterde het werkkapitaal gemiddeld met circa twee dagen (kasconversiecyclus).
De investeringen beliepen in het eerste halfjaar US$ 9,8 miljoen (2011: US$ 13,9 miljoen) tegenover afschrijvingen van US$ 17,6 miljoen (2011: US$ 17,5 miljoen). De investeringen hadden grotendeels betrekking op fabrieksoptimalisatie.

Bakery Supplies Europe
Tweede kwartaal Eerste halfjaar
2012 2011 x € miljoen 2012 2011
275,5 262,8 Netto-omzet 545,9 526,9
4,6 6,2 EBITA exclusief eenmalige kosten * 9,4 18,6
1,9 6,2 EBITA 3,8 18,6
1,7% 2,4% EBITA % (exclusief eenmalige kosten) ** 1,7% 3,5%
ROCE (in %) (exclusief eenmalige kosten) 2,2% 4,5%
*) De eenmalige kosten in 2012 hebben betrekking op het herstructureringsprogramma Relevance.
**) EBITA als % van de netto-omzet.
Belangrijke ontwikkelingen in eerste halfjaar
De omzet in de eerste helft van 2012 bedroeg € 545,9 miljoen, een stijging van 3,6% vergeleken met vorig jaar. De omzetstijging was toe te schrijven aan acquisities (2,1% of € 11 miljoen; The Cookie Man Ltd en Promocook), een positief valuta-effect van 1,2% (voornamelijk pond sterling) en
een autonome groei van 0,3%. De autonome groei was het gevolg van een positief prijseffect van 3,6% dat een negatief volume-effect van 3,3% meer dan ongedaan maakte.
De lagere volumes in het tweede kwartaal waren hoofdzakelijk te wijten aan het ambachtelijke kanaal en in mindere mate aan het industriële kanaal. Diepvriesproducten die werden afgezet in supermarkten (in-store-bakkerijen) en het out-of-home-segment vertoonden groei in het tweede kwartaal. Onze CSMI-activiteiten in opkomende markten gaven opnieuw volumegroei te zien, zij het vanaf een lage basis. De bijdrage van de toegenomen verkoopvolumes is geherinvesteerd om verdere groei in deze markten te genereren.
De EBITA kwam in het eerste halfjaar uit op € 9,4 miljoen, een daling van € 9,2 miljoen vergeleken met 2011. De EBITA-daling was het gevolg van het lagere omzetvolume en hogere kosten vergeleken met de eerste helft van 2011. De lagere absorptie van vaste kosten en de algemene kosteninflatie werden deels geneutraliseerd door de kostenbesparingen in het kader van Relevance. De EBITA was in het tweede kwartaal weliswaar lager dan vorig jaar, maar vergeleken met het eerste kwartaal was het verschil kleiner. Lagere verkoopvolumes blijven de hoofdoorzaak van de lagere EBITA. Uit actuele marktinformatie blijkt dat de markt voor bakkerijproducten momenteel krimpt (-2%); onze volumedaling is in lijn met deze markttrend.
Het werkkapitaal in Europa daalde met € 14,9 miljoen vergeleken met eind juni 2011, voor een groot deel als gevolg van lagere voorraadniveaus en een lagere debiteurenpositie. In het eerste halfjaar verbeterde het werkkapitaal gemiddeld met circa twee dagen (kasconversiecyclus).
De investeringen in materiële vaste activa ten bedrage van € 3,4 miljoen (2011: € 7,9 miljoen) vielen lager uit dan de afschrijvingen van € 11,2 miljoen (2011: € 11,3 miljoen). De investeringen
hadden voornamelijk betrekking op fabrieksoptimalisatie.

Purac
Tweede kwartaal Eerste halfjaar
2012 2011 x € miljoen 2012 2011
101,2 101,8 Netto-omzet 211,1 204,8
11,0 12,2 EBITA vóór eenmalige kosten * 21,3 24,9
11,0 13,2 EBITA 20,9 23,8
10,9% 12,0% EBITA % (exclusief eenmalige kosten) ** 10,1% 12,2%
ROCE (in %) (exclusief eenmalige kosten) 12,5% 14,7%
*) De eenmalige kosten in 2012 hebben betrekking op het herstructureringsprogramma Relevance,
die in 2011 betreffen de effecten van een brand in onze fabriek in Brazilië.
**) EBITA als % van de netto-omzet.
Belangrijke ontwikkelingen in eerste halfjaar
Purac gaf een omzetstijging van 3,1% te zien in het eerste halfjaar van 2012. Een valuta-effect van 3,7% lag ten grondslag aan de omzetgroei (voornamelijk US dollar). Autonoom was er sprake van een daling van 0,6%, het gecombineerde resultaat van een volume-effect van 0% en een negatief prijseffect van 0,6%.
De volumes waren stabiel als gevolg van volumegroei bij Chemicals & Pharma en een kleine volumedaling bij Food. De volumegroei bij Chemicals & Pharma werd aangejaagd door de toegenomen vraag, maar de groei viel door de timing van enkele grote orders lager uit dan in het eerste kwartaal van dit jaar. We blijven positief over de vooruitzichten voor dit segment.
In het vleesconserveringssegment ondervindt Purac nog steeds tegenwind bij het verhogen van de prijzen en het gelijktijdig handhaven van de volumes, aangezien onze klanten juist inzetten op bezuinigingen. Zoals reeds eerder aangegeven, heeft het onlangs in de VS toegestane gebruik van chemische producten voor vleesconservering ertoe geleid dat de conserveringsmiddelen die wij in het marktsegment voor vlees van lagere kwaliteit afzetten, deels zijn vervangen door voornoemde chemische producten. In het vleesconserveringssegment is er sprake van toenemende waardevermindering met aan de ene kant laaggeprijsde producten (inclusief de onlangs in de VS toegestane producten van chemische origine) en aan de andere kant hoogwaardige, volledig natuurlijke producten, in welk segment Purac van oudsher een sterke positie heeft. Purac heeft zijn aanbod van conserveringsproducten uitgebreid, zodat het ook een deel van het lagegebruikskostensegment kan bedienen.
In het eerste halfjaar van 2012 realiseerde Purac een EBITA die € 3,6 miljoen lager uitviel dan in dezelfde periode vorig jaar, voornamelijk als gevolg van hogere kosten voor de ontwikkeling van innovaties. De nieuwe lactidefabriek had een impact van respectievelijk € 1,5 miljoen (tweede kwartaal) en € 2,7 miljoen (eerste halfjaar) op onze kostenniveaus. De benutting van de fabriek is in lijn met onze verwachtingen maar ligt nog ruim onder de theoretisch beschikbare capaciteit.
Ofschoon we vooruitgang boeken met veel potentiële klanten, is de impact op de verkoopvolumes tot dusverre beperkt. Een van de innovaties betrof de productie van barnsteenzuur. In dit kader zijn we met BASF in onderhandeling over een overeenkomst voor een joint venture.
Wisselkoersverschillen in het eerste halfjaar, zowel translatie- als transactieverschillen, hadden een positieve impact van € 1,0 miljoen op de EBITA.

Purac boekte in het eerste halfjaar van 2012 goede voortgang met verbetering van het werkkapitaal: vergeleken met de eerste helft van 2011 was er sprake van een reductie met elf dagen. De investeringen in het eerste halfjaar beliepen € 11,8 miljoen tegenover afschrijvingen van € 15,2 miljoen.

Risico’s
CSM opereert wereldwijd met werkmaatschappijen in diverse markten en jurisdicties. Tijdige identificatie en effectief beheer van alle significante risico’s die inherent zijn aan de uitvoering van onze strategie en de verwezenlijking van onze doelen, is van eminent belang. De Raad van Bestuur is verantwoordelijk voor het ontwerp, de implementatie en de werking van de systemen voor risicobeheersing en interne controle bij CSM. Onze benadering van risicobeheersing is gericht op het inbedden van risicobesef en risicobeheersing in alle geledingen van CSM teneinde te waarborgen dat de juiste risicoafwegingen worden gemaakt.
De risico’s en onze benadering van risicobeheersing, zoals beschreven in ons laatste jaarverslag, gelden over het algemeen nog steeds voor het tweede halfjaar van 2012. Om een indruk te geven van onze risicogevoeligheid in de rest van het jaar, dienen we behalve met de drie meer specifieke risicocategorieën uit ons jaarverslag ook rekening te houden met de risico’s die samenhangen met de desinvestering van onze bakkerijactiviteiten:
• economische situatie
• grondstoffenprijzen
• valutarisico’s (voornamelijk US dollar)
• desinvestering activiteiten Bakery Supplies

Economische situatie
CSM opereert in twee markten: de markt voor bakkerijproducten en -ingrediënten en – via onze melkzuurproducten – de markt voor voedselconservering, productverrijking en groene chemie. De wereldwijde economische situatie is van invloed op onze bakkerijactiviteiten aangezien de vraag naar onze producten fluctueert met de ontwikkeling van het BNP. De vraag naar
melkzuurproducten wordt beïnvloed omdat bepaalde klanten in meer cyclische markten actief zijn die met de economie mee bewegen. De marktsituatie is volatieler geworden en hierdoor zijn de mogelijkheden van het management om met succes op alle veranderingen in te spelen, onder druk gekomen. Uitblijven van een adequate of tijdige respons zou de financiële situatie van CSM en het toekomstig groeiperspectief van de onderneming ernstig kunnen schaden. CSM beschikt over goed management en goede systemen om adequaat in te spelen op fluctuerende marktomstandigheden.

Grondstoffenprijzen
Zoals we in de afgelopen jaren hebben gezien, kunnen plotselinge stijgingen of dalingen van de prijs van grondstoffen onze verkoopmarges ernstig aantasten. Tekorten aan grondstoffen als gevolg van extreme vraag of productieonderbrekingen bij toeleveranciers kunnen ons resultaat eveneens beïnvloeden omdat de verkopen dalen en extra kosten moeten worden gemaakt om alsnog te voldoen aan onze behoefte aan grondstoffen. Onze inkoopafdelingen, die per continent zijn gecentraliseerd, hebben adequate procedures ontwikkeld voor het veiligstellen van orderposities teneinde de blootstelling aan schommelingen in de prijzen van grondstoffen die onze marges negatief zouden kunnen beïnvloeden, te minimaliseren dan wel te vertragen. Tot deze procedures behoren onder andere systemen die vroegtijdig waarschuwen voor een mogelijke impact op onze organisatie en onze klanten.

Valutarisico’s
Aangezien CSM in verschillende landen buiten de eurozone opereert, hebben we te maken met schommelingen in de wisselkoersen van diverse valuta’s tegenover de euro. In deze context is de ontwikkeling van de US dollar verreweg het belangrijkst. De impact daarvan is zichtbaar in de translatie van de resultaten en het eigen vermogen van buitenlandse entiteiten naar de euro, alsook in de resultaten van transacties waarbij de valuta van de productiekosten verschilt van die waarin de verkoop van het product plaatsvindt. CSM past een hedgebeleid toe dat de impact van schommelingen in de wisselkoersen van valuta’s beperkt. De impact van het valutatranslatierisico wordt deels en indirect afgedekt door verplichtingen aan te houden in de relevante vreemde valuta’s. Van de totale externe schuld van CSM luidt een belangrijk deel in US dollars, waardoor het grote translatierisico van CSM tegenover de US dollar deels wordt geneutraliseerd.

Desinvestering activiteiten Bakery Supplies
Na een uitgebreide review van de groepsstrategie maakte CSM op 7 mei 2012 bekend dat het voornemens is om de onderneming verder te ontwikkelen tot een bio-based ingredients bedrijf, met de focus op de activiteiten van Purac en Caravan Ingredients, en de Noord-Amerikaanse en Europese Bakery Supplies-bedrijven te desinvesteren. Naast de potentiële strategische kansen van toegevoegde waarde op de lange termijn, zijn er mogelijk kortetermijnrisico's (financiële verslaggeving) verbonden met het desinvesteringsproces. Dit is een complex en intensief proces, waarbij veel van onze medewerkers en een aantal externe consultants betrokken zijn. Naar verwachting zullen we begin 2013 significante voortgang hebben geboekt.
Hoewel we de impact op onze medewerkers die dicht bij de klant staan en betrokken zijn bij de primaire productieprocessen, zoveel mogelijk proberen te beperken, kunnen we een negatieve impact op onze performance niet uitsluiten. Onze medewerkers zouden minder gefocust kunnen zijn op dienstverlening aan onze klanten en op een zo efficiënt mogelijke productie van onze eindproducten.
Het desinvesteringsproces is gericht op realisatie van een efficiënte desinvestering, terwijl de waarde van de Bakery Supplies-bedrijven verder wordt geoptimaliseerd. We trachten de risico’s te minimaliseren die samenhangen met deze doelstelling, enerzijds via steun van uitermate bekwame externe resources en anderzijds, voor zover als mogelijk is, door de toewijding van onze medewerkers aan dit proces te bevorderen.
Als gevolg van de beslissing om de Bakery Supplies-activiteiten te desinvesteren, bestaat het risico dat de waarde van bepaalde assets niet langer realiseerbaar is en dat bepaalde voorzieningen moeten worden getroffen voor andere risico’s. Tot op heden hebben we geen belangrijke materiële vaste activa (of immateriële activa zoals merknamen, handelsmerken, enz.) geïdentificeerd die als gevolg van de desinvestering buiten werking zouden worden gesteld.
De impact van het desinvesteringsproces op bepaalde IT-projecten wordt momenteel onderzocht.
Eventuele contractuele problemen worden in het kader van dit onderzoek eveneens geïdentificeerd; we hebben ons tegenover derden nog niet vastgelegd op bijvoorbeeld contractbeëindiging.
Wat betreft onze financieringsconvenanten, ondersteunt ingewonnen extern advies de aanname dat er geen inbreuk wordt gemaakt op deze convenanten.

Verklaring Raad van Bestuur
De Raad van Bestuur verklaart hierbij dat, naar zijn beste weten, onderhavig verslag over het eerste halfjaar van 2012 is opgesteld in overeenstemming met IAS 34, Interim Financial Reporting,en een getrouw en redelijk beeld geeft van de activa, passiva, financiële positie en winst van CSM nv en geconsolideerde dochterondernemingen opgenomen in de consolidatie als geheel. Voorts geeft dit halfjaarverslag naar ons beste weten een redelijk beeld van de informatie die vereist is krachtens Artikel 5:25d. sub 8 en 9 van de Wet op het financieel toezicht.
Diemen, 8 augustus 2012
Raad van Bestuur CSM nv
G.J. Hoetmer, Chief Executive Officer
N.J.M. Kramer, Chief Financial Officer

tijd 09.01
CSM EUR 12,90 +29ct

tijd 10.31
De Midcap 505,110 -0,78 -0,15% CSM op de goede cijfers EUR 13,32 +71ct en 361.000 sts omzet. Ook de nauwere samenwerking met BASF (aanhalen van de banden) is een teken vooruit op de mogelijke samenwerking (lees binnen halen door BASF van Purac Taxatie XEA.nl).
Ook de niet gehaaste verkoop van de Bakkerij Divisies duidt op een overwogen strategie.



Beperkte weergave !
Leden hebben toegang tot meer informatie! Omdat u nog geen lid bent of niet staat ingelogd, ziet u nu een beperktere pagina. Wordt daarom GRATIS Lid of login met uw wachtwoord


Copyrights © 2000 by XEA.nl all rights reserved
Niets mag zonder toestemming van de redactie worden gekopieerd, linken naar deze pagina is wel toegestaan.


Copyrights © DEBELEGGERSADVISEUR.NL